The editing screen requires at least 450 pixels of horizontal space. Please rotate your device or use one with a bigger screen.

Grammatica 9

a) „er is“ en „er is niet“

„Er is“ luidt in het Surayt kit ܟܝܬ (met lange /i ܝ/) respectievelijk kito ܟܝܬܐ met dezelfde betekenis:

bu banyo kit duš in de badkamer is een douche ܒܘ ܒܰܐܢܝܐ ܟܝܬ ܕܘܫ
bi šato kit arbco šuḥlofe in een jaar zijn er vier jaargetijden ܒܝ ܫܰܬܐ ܟܝܬ ܐܰܪܒܥܐ ܫܘܚܠܳܦܶܐ
b kul šuḥlofo kit tloṯo yarḥe in elk jaargetijde zijn drie maanden ܒܟܘܠ ܫܘܚܠܳܦܐ ܟܝܬ ܬܠܳܬ݂ܐ ܝܰܪܚܶܐ
kito kṯowe tamo daar zijn boeken ܟܝܬܐ ܟܬ݂ܳܘܶܐ ܬܰܡܐ
Aan de andere kant wordt „er is niet“ met layt ܠܰܝܬ respectievelijk layto ܠܰܝܬܐ weergegeven:
layto mede harke er is hier niets ܠܰܝܬܐ ܡܶܕܶܐ ܗܰܪܟܶܐ
layt qëṭro er is geen probleem ܠܰܝܬ ܩܷܛܪܐ
dlo mena layt ḥaye zonder haar is er geen leven ܕܠܐ ܡܶܢܰܗ ܠܰܝܬ ܚܰܝܶܐ

b) „hebben“ en „niet hebben“

1. „hebben“

Het werkwoord „hebben“ wordt gevormd door de basis kët- ܟܷܬ in combinatie met de achtervoegsels van de verleden tijd (zie Grammatica 8a : 1):

  Enkelvoud Meervoud
3e Persoon (m.) këtle hij heeft ܟܷܬܠܶܗ këtte zij hebben ܟܷܬܬܶܗ
3e Persoon (v.) këtla zij heeft ܟܷܬܠܰܗ
2e Persoon (m.) këtlux jij u (m.) hebt ܟܷܬܠܘܟ݂ këtxu jullie hebben ܟܷܬܟ݂ܘ
2e Persoon (v.) këtlax jij (v.) hebt ܟܷܬܠܰܟ݂
1e Persoon këtli ik heb ܟܷܬܠܝ këtlan wij hebben ܟܷܬܠܰܢ
Voorbeelden:
kmo yolufe këtxu bu sëdro? Hoeveel leerlingen hebben jullie in de klas? ܟܡܐ ܝܳܠܘܦܶܐ ܟܷܬܟ݂ܘ ܒܘ ܣܷܕܪܐ؟
cal d këtli ḥawrone Suryoye Omdat ik Aramese / Assyrische vrienden heb ܥܰܠ ܕܟܷܬܠܝ ܚܰܘܪܳܢܶܐ ܣܘܪܝܳܝܶܐ
këtle yolufe Holandoye Hij heeft Nederlandse leerlingen. ܟܷܬܠܶܗ ܝܳܠܘܦܶܐ ܗܳܠܰܢܕܳܝܶܐ
kmo aḥunone w ḥoṯoṯe këtlax? Hoeveel broers en zussen heb je (v.)? ܟܡܐ ܐܰܚܘܢܳܢܶܐ ܘܚܳܬ݂ܳܬ݂ܶܐ ܟܷܬܠܰܟ݂؟
aš šurone këtte aḏne De muren hebben oren. ܐܰܫ ܫܘܪܳܢܶܐ ܟܷܬܬܶܗ ܐܰܕ݂ܢܶܐ
u nošo këtle ḥamšo rëġše De mens heeft vijf zintuigen. ܐܘ ܢܳܫܐ ܟܷܬܠܶܗ ܚܰܡܫܐ ܪܷܓ݂ܫܶܐ
kul hadomo këtle woliṯo Ieder lichaamsdeel heeft een functie. ܟܘܠ ܗܰܕܳܡܐ ܟܷܬܠܶܗ ܘܳܠܝܬ݂ܐ

2. „niet hebben“

Zo wordt ook „niet hebben“ op deze manier gevormd, echter met behulp van de basis lat-:

  Enkelvoud Meervoud
3e Persoon (m.) latle hij heeft niet ܠܰܬܠܶܗ latte zij hebben niet ܠܰܬܬܶܗ
3e Persoon (v.) latla zij heeft niet ܠܰܬܠܰܗ
2e Persoon (m.) latlux jij (m.) hebt niet ܠܰܬܠܘܟ݂ latxu jullie hebben niet ܠܰܬܟ݂ܘ
2e Persoon (v.) latlax jij (v.) hebt niet ܠܰܬܠܰܟ݂
1e Persoon latli ik heb niet ܠܰܬܠܝ latlan wij hebben niet ܠܰܬܠܰܢ
Voorbeelden:
latte makinat modern zij hebben geen moderne machines ܠܰܬܬܶܗ ܡܰܟܝܢܰܬ ܡܳܕܶܪܢ
latli mede lë syomo ik heb niets te doen ܠܰܬܠܝ ܡܶܕܶܐ ܠܷܣܝܳܡܐ
u Afrem latle wacde Afrem heeft geen afspraken ܐܘ ܐܰܦܪܶܡ ܠܰܬܠܶܗ ܘܰܥܕܶܐ

c) „zijn“ en „niet zijn“

De basis kët- ܟܷܬ en lat- ܠܰܬ met als toevoeging de vormen van het koppelwerkwoord (zie Grammatica 4b), drukken „zijn” en „niet zijn” uit. Deze vormen worden ook vrije koppelwerkwoordsvormen genoemd:

 Enkelvoud
3e Persoon këtyo hij/zij is ܟܷܬܝܐ
2e Persoon këthat jij bent ܟܷܬܗܰܬ
1e Persoon këtno ik ben ܟܷܬܢܐ
3e Persoon latyo hij/zij is niet/geen ܠܰܬܝܐ
2e Persoon lathat jij bent niet/geen ܠܰܬܗܰܬ
1e Persoon latno ik ben niet/geen ܠܰܬܢܐ
 Meervoud
3e Persoon këtne zij zijn ܟܷܬܢܶܐ
2e Persoon këthatu jullie zijn ܟܷܬܗܰܬܘ
1e Persoon këtna wij zijn ܟܷܬܢܰܐ
3e Persoon latne zij zjjn niet/geen ܠܰܬܢܶܐ
2e Persoon lathatu jullie zijn niet/geen ܠܰܬܗܰܬܘ
1e Persoon latna wij zijn niet/geen ܠܰܬܢܰܐ
Terwijl këtyo ܟܷܬܝܐ voornamelijk in een onafhankelijke positie wordt gebruikt, zoals in:
aḏëc d këtne i Saro w u Aday Hij wist dat het Saro en Aday waren. ܐܰܕ݂ܷܥ ܕܟܷܬܢܶܐ ܐܝ ܣܰܪܐ ܘܐܘ ܐܰܕܰܝ
cal d këtyo u lišonayḏi Omdat het mijn taal is. ܥܰܠ ܕܟܷܬܝܐ ܐܘ ܠܝܫܳܢܱܝܕ݂ܝ
as Suryoye d këtne b Holanda De Arameeërs/Assyriërs die in Nederland zijn. ܐܣ ܣܘܪܝܳܝܶܐ ܕܟܷܬܢܶܐ ܒܗܳܠܰܢܕܰܐ
vertegenwoordigd latyo ܠܰܬܝܐ normaliter de negatieve vorm van het koppelwerkwoord (Grammatica 4b):
positief koppelwerkwoord
harke ne zij zijn hier ܗܰܪܟܶܐ ܢܶܐ
ḥaḏire hatu jullie zijn bereid/gereed/aanwezig ܚܰܕ݂ܝܪܶܐ ܗܰܬܘ
bu bayto no ik ben te thuis ܒܘ ܒܰܝܬܐ ܢܐ
ḥoṯi yo zij is mijn zus ܚܳܬ݂ܝ ܝܐ
nacime na wij zijn klein ܢܰܥܝܡܶܐ ܢܰܐ
negatief koppelwerkwoord
latne harke zij zijn niet hier ܠܰܬܢܶܐ ܗܰܪܟܶܐ
lathatu ḥaḏire jullie zijn niet bereid/gereed/aanwezig ܠܰܬܗܰܬܘ ܚܰܕ݂ܝܪܶܐ
latno bu bayto ik ben niet te thuis ܠܰܬܢܐ ܒܘ ܒܰܝܬܐ
latyo ḥoṯi zij is niet mijn zus ܠܰܬܝܐ ܚܳܬ݂ܝ
latna nacime wij zijn niet klein ܠܰܬܢܰܐ ܢܰܥܝܡܶܐ