ܡܰܕܪܰܫܬܐ |
Madrašto | Schule |
I madrašto dukṯo du yulfono yo. | De school is een plaats om te leren. |
Kibe ḥa yolaf w molaf eba. | Men kan daar leren en onderwijzen. |
Meqëm d howe u Aday malfono b madrašto Holandayto, mšarele d yolaf lišono Holandoyo. | Voordat Aday leraar werd op een Nederlandse school, is hij begonnen de Nederlandse taal te leren. |
Azze l dawro du lišono w b cayni zabno yalëf cal u šbilo du yulfono b Holanda. | Hij heeft een taalcursus gevolgd en tegelijkertijd heeft hij over het Nederlandse onderwijs systeem geleerd. |
Hawxa u Aday mḥaḏarle ruḥe lu cwodo. | Zo heeft Aday zich voorbereid op het werken. |
ܡܰܠܦܳܢܐ ܐܰܕܰܝ |
Malfono Aday | De leraar Aday |
U Aday mkamele u dawro šarwoyo du lišono Holandoyo meqëm d cowad. | Aday heeft de beginnerscursus Nederlands afgerond, voordat hij ging werken. |
Bu dawrano yalëf aydarbo mawḏac ruḥe w aydarbo obe w šoqal cam an noše. | In deze cursus heeft hij geleerd hoe hij zich voorstelt en hoe hij met mensen omgaat. |
Yalëf ste ġalabe xabre di madrašto xud: qanyo, daftar, kṯowo, luḥo, laḥayto, malfono, sëdro, čanṭa, ṭëbliṯo, qrayto, kṯawto, hërgo, durošo w ġer. | Hij heeft ook heel veel schoolbegrippen geleerd, zoals: pen, schrift, boek, schoolbord, gum (wisser), leraar, klas, tas, tafel, lezen, schrijven, les, oefening en nog veel meer. |
Bëṯër me d qadër maxlaṣ ruḥe bu lišono Holandoyo, mšarele d korax cal cwodo di malfonuṯo. | Nadat hij zich kon redden met de Nederlandse taal, begon hij naar werk te zoeken als leraar. |
Ucdo u Aday malfono yo. Komolaf Surayt b madrašto Holandayto. Këtle yolufe Holandoye w Suryoye. | Nu is Aday een leraar. Hij doceert Surayt op een Nederlandse school. Hij heeft zowel Nederlandse als Aramese / Assyrische studenten. |
Cam u zabno u Aday komaqwe u lišonayḏe u Holandoyo. Frëšle le bi šabṯo yawmo dilonoyo lu ylofo du lišono Holandoyo. | Na verloop van tijd verbetert Aday zijn Nederlandse taal. Hij heeft een dag in de week vrij gemaakt speciaal om Nederlands leren. |
Ġalabe kore bu zabno du hërgo kowe mamlo bayn day yolufe w du malfono. | Tijdens de les ontstaat er vaak een gesprek tussen de studenten en de docent. |
Karin ḥḏo may yolufe Holandoye yo. | Karin is een van de Nederlandse studenten. |
Komšaylo u Aday: „Ayko yalifat Holandoyo?“ | Ze vraagt Aday: "Waar heb je Nederlands geleerd?“ |
Komfane u Aday: „Ono ste xoṯax bad dawre du lišono yalëfno. | Aday antwoordt: "Ik heb het, net zoals jij in taalcursussen geleerd" |
Hat qay këbcat yëlfat Surayt?”, komšayal u Aday li Karin. | “Waarom wil je Surayt leren?" vraagt Aday aan Karin. |
Hiya këmmo: „Cal d këtli ḥawrone Suryoye, këbcono fëhmanne inaqla d howina cam ḥḏoḏe.“ | Ze antwoordt: "Omdat ik Aramese / Assyrische vrienden heb en ik wil ze begrijpen als we samen zijn.“ |
Marta yolufto Suryayto yo. U Aday komšayela: Hat qay këbcat yëlfat Surayt? | Marta is een Aramese / Assyrische student. Aday vraagt haar: "Waarom wil jij Surayt leren?“ |
Hiya këmmo: Cal d këtyo u lišonayḏi. | Ze zegt: "Omdat het mijn taal is. |
U lišonayḏi falqo mi hiyuṯayḏi yo. | Mijn taal is een deel van mijn identiteit. |
Bëṯër ḥa mën d yolaf ṭawwo yo. | Bovendien, wat je ook leert, het is goed. |
Këmmi u yulfono u bahro dat tre yo. | Ze zeggen dat leren het tweede licht is.“ |